Toen gitarist Slash aankondigde om horrorfilms te gaan produceren, liet hij meteen weten dat die géén slashers zouden worden. Geïnspireerd op films uit de jaren ’70/’80 maakt hij moderne horrorfilms, “the days where horror movies actually scared the hell out of you”, aldus Slash. Zijn eerste productie is nu op dvd verschenen: ‘Nothing Left To Fear’.
Pastoor Dan (James Tupper) verhuist met zijn vrouw Wendy (Anne Heche) en kinderen Rebecca (Rebekka Brandes), Christopher (Carter Cabessa) en Mary (Jennifer Stone) naar het kleine stadje Stull, Kansas. Op het eerste gezicht voldoet het idyllische stadje aan al hun wensen. Echter ontdekt het gezin al snel dat er in deze rustige gemeenschap een gruwelijke reeks gebeurtenissen op hen wacht door toedoen van de oud-pastoor Kingsman (Clancy Brown). Hun tienerdochter Rebecca wordt gekweld door gruwelijke visioenen, terwijl haar jongere zusje Mary is uitverkoren voor een duivels ritueel. Daarnaast blijkt dat diep in de donkere hartlanden één van de zeven poorten van de hel het bloed van een onschuldige eist om een demonische kracht te ontketenen…
Regisseur Anthony Leonardi III en scenarist Jonathan W.C. Mills slagen er redelijk in om het klassieke jaren ’80-gevoel in de film te brengen. De locaties, de omgeving, sfeer en levendigheid in het kleine stadje Stull zijn heerlijk om naar te kijken. Alleen vergeten de filmmakers na de trage eerste helft van de film de karakters geïntroduceerd zijn. De nieuwe pastoor en legende van het stadje Stull als poort naar de hel zijn een prachtige combinatie zijn, maar helaas gaat er veel tijd naar de opbloeiende romance tussen Rebacca en Noah (Ethan Peck). Dat laatste duo is natuurlijk ook de oplossing voor het probleem.
Voor de special effects of enige vorm van horror hoef je ‘Nothing left to Fear’ niet te kijken, er gebeurt niks echt bijzonders. Maar de soundtrack die Slash samen met Nicholas O’Toole verzorgde sleept je toch de 97 minuten door. Er zit veel potentie in de film en het acteerwerk is goed, het probleem ligt duidelijk in het script en het gebrek aan goede horrorelementen.
Geen aanrader, maar eenmaal gestart kijk je hem wel uit.