Stephen King, wellicht de meest bekende horrorauteur van de wereld. Dat hij zelf graag in zijn verfilmingen speelt, een bijna fatale aanrijding heeft gehad, en Kubrick’s verfilming van The Shining wel kan schieten weten de horrorliefhebbers hier inmiddels wel. Maar ken je deze vijf Stephen King-weetjes ook?
1. De basis voor Jack Torrance
Stephen King had niet de meest makkelijke jeugd. Zijn vader verliet het gezin toen Stephen nog maar twee jaar oud was, waarna zijn moeder met moeite in haar eentje de eindjes aan elkaar knoopte. Contact tussen vader en zoon is er daarna nooit meer geweest. Met deze ervaring zou je denken dat hij Jack Torrance, de alcoholische vader uit De Shining, op zijn eigen vader gebaseerd heeft. Maar de inspiratie voor Jack Torrance was Stephen King zelf, zo gaf hij later toe: half onbewust verwerkte hij zijn eigen verslaving en wat dat deed met zijn eigen gezin in het boek. Gelukkig greep zijn omgeving in na de publicatie van Cujo, een boek dat hij volledig onder invloed van drank en drugs schreef: ze gooiden al zijn peuken en lege bierblikken, pillenpotjes en cokezakjes die ze konden vinden voor zijn voeten als wake-upcall. Pijnlijk.
2. Bang voor nummer dertien
Ook een schrijver van de meest gruwelijke verhalen heeft zo zijn irrationele angsten. Bij Stephen King is dat de angst voor het getal dertien. “Als ik aan het schrijven ben, stop ik nooit met werken op paginanummer dertien of een veelvoud van dertien; Ik blijf typen tot ik bij een veilig nummer kom. De laatste twee treden op mijn trap met dertien treden neem ik altijd als één met een grote stap. De trap van een galg telde immers ook lange tijd dertien treden. En als ik aan het lezen ben, stop ik niet op pagina dertien, maar ook niet op 94, 193 of 382, omdat de sommen van deze getallen oplopen tot dertien.” Behoorlijk bijgelovig, maar in het dagelijks leven gelukkig een handelbare drang!
3. Kanker aan m’n pseudoniem
Dat Stephen King meerdere boeken schreef onder pseudoniem Richard Bachman, dat weten zelfs kasteelromannetjeslezers wel. In de jaren 80 werd ‘Richard Bachman’ al ontmaskerd vanwege King’s herkenbare schrijfstijl, waarna zijn zorgvuldig ontwikkelde backstory (Bachman was een ex-marinier die na een carriéreswitch zijn eigen zuivelboerderij bestierde en daar schreef) in duigen viel. Hoe hij Richard Bachman van de aardbodem liet verdwijnen? Het ongelukkige persona kreeg ‘kanker aan zijn pseudoniem’. RIP Richard Bachman. Zijn andere pseudoniemen zijn Beryl Evans (exclusief voor het daadwerkelijk uitgebrachte Donkere Toren prentenboek Charlie the Choo Choo) en John Swithen, die King maar voor één publicatie gebruikte voordat hij doorbrak met Carrie.
Verkrijgbaar bij:
4. Inspiratie voor bloedbaden op school
Over Bachman gesproken. In 1977 publiceerde King onder dat pseudoniem Rage, hier uitgebracht met de titel Razernij. In dit boek vermoordt een doorgedraaide scholier meerdere leraren en gijzelt hij zijn klas onder schot, terwijl de hulptroepen niet goed weten wat ze aanmoeten met de situatie. Verspreid over decennia na publicatie is dit boek aangetroffen in het bezit van de minderjarige daders van gewelddadige schietpartijen en gijzelingen op middelbare scholen in de Verenigde Staten. Geschokt door wat zijn boek niet één, maar vier keer aantoonbaar had aangericht in de geest van getroubleerde jongeren, heeft King het boek zelf uit druk laten nemen. Niet om te censureren, maar om zijn verantwoordelijkheid te nemen, zoals hij dat zelf omschreef. Heb je nog een exemplaar? Wees er dan maar zuinig op! Overigens is Stephen King zelf een trotse eigenaar van vuurwapens, maar tegen automatische en semi-automatische geweren.
Verkrijgbaar bij:
5. Gestoorde fans
Het leven imiteert de kunst. Stephen King heeft tijdens zijn uitvoerige carriére (87 boeken en counting!) met verschillende gestoorde fans te maken gehad. Die zijn dan ook meer dan eens het onderwerp van zijn werk geweest. Bijvoorbeeld in Lisey’s Verhaal en het bekendere Misery. De meest huiveringwekkende was wel de 26-jarige Erik Keene die zijn vrouw Tabitha in hun huis aantrof in 1991. Deze fan was het huis binnengedrongen en dreigde daar de zelfgemaakte bom in zijn rugzak te laten ontploffen om wraak te nemen op Stephen King: de schrijver zou het plot van Misery van hem gejat hebben. Gelukkig wist Tabitha te vluchten en toen de politie Keene later onderschepte, bleek de ontsteker in zijn hand nep.
Verkrijgbaar bij:
Heb jij nog een toffe toevoeging aan deze top 5 Stephen King-weetjes? Laat het ons hieronder weten!
Oh, inderdaad. Ik wist van het bestaan van de Richard Bachman-boeken (4 stuks), maar niet dat King nog twee pseudoniemen heeft gebruikt.
hopelijk is het met Beryl en John beter afgelopen dan met Richard! 😉
Volgens mij is “The Dark Half” ook min of meer gebaseerd op zijn afscheid van het Bachman pseudoniem.
Die twee andere pseudoniemen kende ik ook niet. John Swithen heeft hij volgens de Stephen King wiki maar één keer gebruikt voor de publicatie van een kort verhaal (“The Fifth Quarter” in Cavalier in april 1972).
Dat Jack Torrence bijna autobiografisch was, wist ik dan wel weer. De reden dat hij de Kubrick verfilming niet goed genoeg vind is omdat hij vindt dat daarin, in zijn ogen, te weinig aandacht is voor het monster dat alcoholisme voor hem betekende. De teloorgang van Jack is in het boek veel duidelijker veroorzaakt door zijn alcoholisme.
En Razernij heb ik in de kast staan. Die gaat dus nooit meer weg 🙂