Recensie: Annabelle Comes Home (Gary Dauberman, 2019)

Paranormaal onderzoekers echtpaar Ed en Lorraine Warren, de spil van het ‘The Conjuring Universe’, besluiten de griezelig glimlachende Annabelle pop veilig op te bergen in hun, goed afgesloten, kelderkamer van hun huis. Het is de plek waar ze al hun vervloekte, bezeten en andere demonische artefacten bewaren. Judy, hun 10 jaar oude dochter, heeft het ondertussen moeilijk op school. De geestenjaag avonturen van haar  ouders staan regelmatig in de krant, waardoor niemand meer op Judy’s verjaardagsfeestje durft te komen.

Gelukkig heeft ze een leuke oppas Mary Ellen die, in afwezigheid van Judy’s ouders,  samen met haar nieuwsgierige vriendin Daniela de boel in huize Warren komt opvrolijken. Vrolijkheid verdwijnt al snel als Daniela de glazen box waarin Annabelle bewaard wordt opent en daarmee het beschermende zegel verbreekt. Want wat de drie dames niet weten is dat Annabelle een soort geestenmagneet is, waardoor er misschien geen klasgenootjes op het partijtje komen, maar er wel genoeg ongenode gasten in huis aanwezig zijn.

Scenarist Dauberman mocht na de twee eerdere Annabelle films en ‘The Nun’ nu ook de regie voeren over dit derde deel rondom het griezelpopje en dat doet hij verdraaid goed. Zijn we in de eerste minuten nog bij Judy op school, als eenmaal de Warren’s vertrekken en de deur achter zich dichtslaan, brengen wij de rest van de film binnenshuis door. De camera glijdt langs alle schemerige hoekjes en krakende gaatjes van het Warren huis waar om iedere hoek een geest verstopt kan zitten en dat geeft de film een gespannen en claustrofobisch gevoel. De ondertussen wat plichtmatige jump scares uit de schrikmachine van James Wan lijken dan ook iets beter te werken in deze setting. De film is letterlijk en figuurlijk een ritje door een spookhuis en net als ieder ander spookhuis is ‘Annabelle Comes Home’ nergens echt eng, maar wel griezelig vermakelijk.

‘Annabelle Comes Home’ is de zevende film in het al eerder genoemde The Conjuring-filmuniversum en heeft met drie delen rondom de duivelse pop al een voorsprong op de toonaangevende The Conjuring films. Het creëren van een reeks rondom de Warren’s is wel een bijzonder experiment. Ten eerste zijn de films allemaal ‘periode films’, iets waarvan je zou denken dat de gemiddelde bioscoop bezoekende puber niet warm zou worden. Ook deze Annabelle speelt weer, net als de The Conjuring films in de jaren zeventig, maar er is ook plek in de serie voor films in andere landen in andere tijden. De knoopscenes aan het einde van de iedere film om het weer richting The Warrens te trekken voelen soms wat geforceerd (zoals die rare eindscène van ‘The Nun’), maar het is een weldoordachte strategie die qua tijdlijn tot nu toe steeds lijkt te kloppen.

In 2020 komt een derde ‘The Conjuring’ uit, er is sprake van ‘The Nun 2’ en ‘The Crooked Man’ (die te zien was in ‘The Conjuring 2’) zou ook nog zijn eigen film kunnen krijgen. Wat dit deel van Annabelle heel slim doet, is een reeks nieuwe spookkarakters introduceren. Krijgt ‘The Conjuring Universe’ net als de superhelden van Marvel een Phase 2 met films over The Ferryman, The Samurai, The Demon Hound en The Cursed Bride? Als deze films de kwaliteit hebben van ‘Annabelle Comes Home’ is dat helemaal geen vervelend idee.

‘Annabelle Comes Home’ haalt misschien net niet de vindingrijkheid van de ‘The Conjuring’-films, maar is daarmee nog steeds wel één van de betere spin-offs in de serie en de vermakelijkste Annabelle film tot nu toe.

Sterren: 4 / 5.0

‘Annabelle Comes Home’ draait vanaf vandaag, 27 juni, in de bioscopen.

Steun jij De Nachtvlinders met een kleine maandelijkse bijdrage?

Plaats een reactie